Vier verschillende thema's en beleidsvragen
De beleidsvragen
van 2022-2023
De aanmeldingen voor deelname aan The West Wing 2022-2023 zijn gesloten! Volg ons op onze sociale media kanalen om op de hoogte te blijven van onze activiteiten en voor de opening van de aanmeldprocedure voor volgend West Wing-jaar!
In het West Wing jaar 2022-2023 houden vier tracks zich bezig met vier verschillende thema's en beleidsvragen. Deze tracks zullen voor een specifieke directie en/of post van het ministerie een beleidsvoorstel opstellen. Binnenkort vind je hieronder de vier onderwerpen en beleidsvragen van dit jaar!
Benieuwd hoe zo'n beleidsvoorstel eruit ziet? Kijk alvast naar de beleidsadviezen van voorgaande jaren!

Directie Multilaterale Instellingen en Mensenrechten (DMM)
De eerste track voor 2022/2023 richt zich op de vormgeving van de SDG-doelen ná 2030 en is ingezonden namens directie Multilaterale Instellingen en Mensenrechten (DMM).
De directie Multilaterale Instellingen en Mensenrechten werkt als nationale SDG-coördinator aan Agenda 2030 in zowel de multilaterale als Nederlandse context. Nu we halverwege de looptijd van de huidige SDG’s zijn wordt er al langzaam nagedacht over de ‘post-2030 agenda’. Zo zal de VN in september 2023 wederom haar grote vierjaarlijkse SDG-summit voor staatshoofden en regeringsleiders organiseren, en wordt er in 2023 of 2024 een ‘Summit of the Future’ gepland. Dat betekent dat hiervoor een Nederlandse inzet geformuleerd moet worden. De onderzoeksvraag van deze track luidt daarom als volgt:
Hoe moeten de mondiale SDG-doelen ‘post-2030’ eruit zien en wat zou hieruit voortvloeiend de Nederlandse inzet moeten zijn?

Directie Europa (DEU)
De tweede track voor 2022/2023 richt zich op de multilaterale samenwerking in het Europa van morgen
en de rol van de Raad van Europa (RvE) hierin. De vraag is ingezonden namens Directie Europa (DEU).
Na de verwoestende Tweede Wereldoorlog richtten in 1949 een aantal West-Europese landen, waaronder Nederland, de Raad van Europa (RvE) op. Nu, bijna 75 jaar na de oprichting, staat de organisatie voor een grote uitdaging. De ongerechtvaardigde en brute oorlog van Rusland tegen Oekraïne op het Europese continent, toont aan dat samenwerking ter bescherming van de Europese waardengemeenschap belangrijker is dan ooit. De RvE heeft daarom opdracht gegeven tot de oprichting van een ‘High-Level Reflection Group’ (HLRG) om zich te beraden over de toekomst van de organisatie, alsmede de versterking van de organisatie en haar instrumenten. Tevens komt hierbij de vraag op hoe het voorstel van de Franse President Macron t.a.v. de oprichting van een ‘Europese Politieke Gemeenschap’ zich verhoudt tot de RvE en de rol die de RvE in de toekomst in Europa zou moeten spelen. Tegen deze achtergrond wordt The West Wing verzocht vanuit een jongerenperspectief een exercitie uit te voeren. Een zogenaamd ‘Young-Level Reflection Group’. De aanbevelingen zouden in de Nederlandse beleidsinzet t.a.v. multilateralisme in Europa en specifiek de toekomst van de RvE kunnen worden meegenomen. De onderzoeksvraag van deze track luidt daarom als volgt:
Wat is de rol van de Raad van Europa in het Europa van morgen?

Ambassade Brazilië
De beleidsvraag van de derde track van 2022-2023 is ingezonden door de ambassade in Brazilië en gaat in op de klimaatsamenwerking tussen Nederland en Brazilië, met een focus op het in kaart brengen van de nu nog onbenutte kansen die er liggen in dit partnerschap.
Brazilië is een belangrijke speler op het gebied van klimaat en is nodig om de klimaatdoelen van het Parijsakkoord te halen. Daarom is er veel belang bij klimaatsamenwerking met dit land en de toenadering van Nederland richting Brazilië zou dan ook kunnen worden geïntensiveerd. Tegelijkertijd wordt de klimaatsamenwerking vaak verhinderd door beeldvorming, wat zodoende zal worden meegenomen om potentiele samenwerking in kaart te brengen. In dit beleidsadvies zal dus met name worden ingezoomd op het identificeren van de onbenutte of onderbenutte partnerschappen op het gebied van klimaat tussen Nederlandse en Braziliaanse actoren. De hoofdvraag van deze track is:
Waar ligt onbenut potentieel voor Nederlandse organisaties (publiek, privaat; gouvernementeel, non-gouvernementeel) om klimaatsamenwerking met constructieve Braziliaanse organisaties aan te gaan en hoe kan de communicatie tussen zulke organisaties effectief op gang worden gebracht?

De vierde track voor 2022/2023 is ingezonden door de ambassade in Nairobi en richt zich op een inclusieve economische groei in Kenia.
Naar aanleiding van de BHOS-nota ‘Doen waar NL goed in is’, wordt Kenia gezien als ‘combi-land’ én ‘ontwikkelingsland’. Ondanks dat dit kansen biedt, brengt het ook dilemma’s met zich mee. Hierdoor ligt de focus van de ambassade op meerdere ontwikkelprogramma’s en handelsperspectieven en wordt er gezocht naar een betere samenhang. Bij de beleidsvraag wordt ook gekeken naar manieren om de Nederlandse handelsbetrekkingen met Kenia te versterken en het vergroten van Kenia's exportcapaciteit naar Europa via zee en per spoor. De onderzoeksvraag van deze track luidt daarom als volgt:
Kan een betere samenhang zorgen voor méér impact op de SDG-doelen en een inclusieve economische groei in Kenia?